Op deze pagina vind je een overzicht van de meest voorkomende soorten schroefdraad, zoals deze aan kranen, afsluiters te vinden zijn en voor het verbinden van gas-, water- en cv-leidingen gebruikt worden. We leggen uit wat de schroefdraad aanduidingen betekenen en geven voorbeelden.
Kenmerken en eigenschappen van schroefdraad
Als je naar schroefdraad kijkt, zie je een spiraalvormig draad lopen. Bijvoorbeeld op kranen zoals een gaskraan of op een buis zoals dikwandig draadbuis.
De schroefdraad is of cilindrisch of conisch. Bij cilindrisch schroefdraad loopt het draad over de gehele lengte met dezelfde diameter, bij conisch schroefdraad loopt het taps toe. Cilindrisch wordt ook recht of parallel genoemd.
Verder bestaat er binnen- of inwendig en buiten- of uitwendig schroefdraad. Bijvoorbeeld kan je twee buizen met buitenschroefdraad met elkaar verbinden door middel van een fitting, die twee keer binnenschroefdraad heeft. Een ander voorbeeld is een wasmachinekraan met buitenschroefdraad, die in een muurplaat met binnenschroefdraad gedraaid wordt.
Één omwikkeling of omwenteling van het draad noemen we een “draadgang” of een “gang”.
Verder kan je verschillende soorten schroefdraad onderscheiden door middel van diameter, spoed, draadtop, draadkern, flank, tophoek en draadhoek. Verderop op de pagina laten we zien hoe je een bepaald schroefdraad kan herkennen.
Hieronder vind je meer details over een aantal kenmerken van schroefdraad en hoe deze aangeduid worden.
Buitendraad en binnendraad
Schroefdraad kan aan de buitenkant liggen, zoals bijvoorbeeld bij een schroef, of aan de binnenkant, zoals bijvoorbeeld bij een moer. De nominale diameter (de diameter, die de draadaanduiding bepaald, zie hoofdstuk Schroefdraad aanduidingen) wordt bepaald door de buitenkant van het schroefdraad. Bij een buitendraad wordt dus over de draad gemeten. Bij binnendraad kan de nominale schroefdraaddiameter niet direct met een schuifmaat gemeten worden.
Binnendraad wordt ook inwendig schroefdraad, female of vrouwtje genoemd of met BI of ID aangeduid.
Buitendraad wordt ook uitwendig schroefdraad, male of mannetje genoemd of met BU of OD aangeduid.
Draairichting
Veruit de meeste schroefdraad is rechtsdraaiend, dat betekent, dat rechts om draaien, dus met de klok mee, dicht- of vastdraaien is.
Er bestaat ook linksdraaiende schroefdraad waarbij links om draaien, dus tegen de klok in, de schroef vastdraait.
Metrisch schroefdraad
De afmetingen van metrisch schroefdraad worden in millimeters aangegeven. Metrische schroefdraden zijn altijd cilindrisch. De afstand tussen de draadgangen heet spoed. Men onderscheidt tussen grof en fijn schroefdraad: Grove schroefdraden hebben een grote spoed, fijne schroefdraden een kleine spoed. De afmetingen voor de diameter en de spoed zijn gestandaardiseerd volgens de ISO norm.
BSP schroefdraad of duims schroefdraad
Niet metrische of duimse schroefdraad wordt in duim gemeten, aangeduid door een “-symbool. Duimse schroefdraden kunnen zowel cilindrisch als ook conisch zijn. Conisch betekent dat de diameter naar het einde van het schroefdraad afneemt. De afstand tussen de draadgangen wordt niet direct aangegeven, maar in plaats ervan het ‘aantal gangen per inch’. Een inch is 2.54 cm.
De afmetingen voor de diameter en het aantal gangen per inch zijn bepaald in de Engelse standaard BSP (British Standard Pipe), af en toe ook wel Whitworth genoemd.
Andere schroefdraad parameters
In verband met schroefdraad kan je ook nog de volgende termen tegenkomen: Topdraad, draadkern, flank, tophoek. De topdraad is de buitenste spoor van de draad, de draadkern de binnenste. De flank is het schuine stuk tussen draadkern en topdraad en de tophoek is de hoek, die door de flanken gevormd wordt. De afbeelding laat een illustratie zien.
Schroefdraad aanduidingen
Metrisch schroefdraad
Metrische schroefdraden zijn altijd cilindrisch en worden met de letter M aangeduid gevolgd door de diameter, bijvoorbeeld M12 voor een diameter van 12 mm. Men onderscheidt tussen grof en fijn schroefdraad, waarbij grof schroefdraad een grotere spoed heeft.
Voor grof schroefdraad is maar een spoedwaarde gestandaardiseerd, voor fijn schroefdraad zijn dat twee of meer per diameter.
De spoedwaarde wordt soms in de schroefdraadaanduiding opgenomen, bijvoorbeeld M10x0.75 voor een buitendiameter van 10 mm en een spoed van 0.75 mm of M24x1.5 voor een buitendiameter van 24 mm en een spoed van 1.5 mm.
Volgens de standaard hoeft bij grof schroefdraad de spoed niet vermeld te worden. Alleen bij fijn schroefdraad dient de spoed in de schroefdraadaanduiding opgenomen te worden.
Maar de praktijk ziet er anders uit.
Meestal wordt de spoed niet vermeld, ook niet voor fijn schroefdraad, omdat voor een aantal onderdelen alleen maar een bepaalde diameter-spoed-combinatie gebruikt wordt. Bijvoorbeeld heeft het schroefdraad op een perlator doorgaans een spoed van 1 mm, op de verpakking staat daarom ook M24 en niet M24x1.
De schroefdraadafmetingen zijn gedefineerd in verschillende de ISO normen die subsets van elkaar zijn of elkaar aanvullen. De belangrijkste zijn: ISO 68-1, ISO 261, ISO 262 en ISO 724.
BSP schroefdraad
BSP schroefdraden kunnen zowel cilindrisch als conisch zijn en worden met de letters R en G aangeduid.
BSP is een international gebruikte standaard, behalve in de Verenigde Staten en Canada, waar NPT (National Pipe Thread) gebruikt wordt. De BSP standaard is vastgelegd in de ISO 228.
Het BSP systeem is onderverdeeld in BSPP (BSP parallel) voor cilindrisch schroefdraad en BSPT (BSP tapering) voor conisch. In plaats van BSPP worden ook BSPF (British Standard Pipe Fitting) en BSPM (British Standard Pipe Mechanical) gebruikt.
Voor de identificatie van schroefdraden worden de letters G en R als volgt gebruikt:
G | buiten- en binnendraad | cilindrisch |
R | buitendraad | conisch |
Rp | binnendraad | cilindrisch |
Rc | binnendraad | conisch |
Rs | buitendraad | cilindrisch |
Voorbeeld: Rp 2½” is een rechtsdraaiend cilindrisch binnendraad met een diameter van 2½”.
De aanduiding R komt van het Duitse woord ‘Rohr’ (buis). G komt van het Duitse woord ‘Gas’ (gas), omdat deze soort schroefdraden oorspronkelijk voor gasinstallaties bedoeld waren.
Bij conisch draad wordt de nominale diameter bepaald door de diameter van de vierde of vijfde draadgang. Bij cilindrisch draad hebben uiteraard alle draadgangen dezelfde diameter.
Voor een optimale verbinding wordt een R draad (conisch buitendraad) in een Rp (cilindrisch binnendraad) of Rc (conisch binnendraad) gedraaid.
- Pagina
- 1
- 2
Geef een antwoord
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.