
Een elektrische transformator, ook wel trafo (in Nederland) of transfo (in België) genoemd, is een elektrisch apparaat, dat wisselspanning kan omzetten in een hogere of lagere wisselspanning.
Een transformator bestaat uit twee spoelen, de primaire spoel aan de ingangskant en de secundaire aan de uitgangskant. Als wisselstroom door de primaire spoel gestuurd wordt, ontstaat een magneetveld, dat in de secundaire spoel een wisselspanning opwekt. Men zegt dat de spoelen magnetisch gekoppeld zijn.
De spoelen bestaan meestal uit koper. Afhankelijk van de toepassing zijn de spoelen wel of niet om een magnetiseerbare kern gewikkeld, dit is vaak een ijzerkern.
De factor tussen de ingangs- en uitgangsspanning is gelijk aan de factor tussen het aantal wikkelingen van de primaire en de secundaire spoel. Bijvoorbeeld, als de primaire spoel twee keer zoveel wikkelingen heeft als de secundaire spoel, dan is de spanning aan de primaire kant twee keer zo hoog als aan de secundaire kant. Deze factor wordt de transformatorverhouding genoemd welke gedefineerd is als de quotient van ingangsspanning en uitgangsspanning welke dezelfde is als de quotient van het aantal primaire wikkelingen en het aantal secundaire wikkelingen. In ons voorbeeld is de transformatorverhouding dus gelijk aan 2.