Normen moeilijk brandbaarheid
Moeilijk brandbaar (mb) algemeen
Het bij diverse kabels toegepaste PVCmb heeft uitstekende brandvertragende eigenschappen. Deze eigenschappen komen tot uitdrukking in een hoge LOI-waarde (Limited Oxygen Index). De LOIwaarde, gemeten volgens ASTM D2863, geeft aan bij welk percentage zuurstof een materiaal nog juist blijft branden. Voor het PVCmb is een zuurstofpercentage van 30 of meer nodig om het
brandend te houden. Daar de buitenlucht 21 % zuurstof bevat is het dus zeer onwaarschijnlijk dat het vuur in stand gehouden wordt. Dit heeft tot gevolg dat de vuurhaard zich niet kan verplaatsen via de kabel. De hoeveelheid verbrand isolatie- en mantelmateriaal is hierdoor veel kleiner dan dat het geval zou zijn bij het standaard PVC. Hierdoor blijven ook de hoeveelheid rook en voor de gezondheid schadelijke gassen beperkt.
Zelfdovend volgens NEN-EN 50265-2-1 (IEC 60332-1)
Deze kabels zijn voorzien van een mantelmateriaal dat zelfdovend is wanneer een enkelvoudige kabel kort wordt blootgesteld aan een kleine vlam.
Moeilijk brandbaar (mb) volgens NEN-EN 50266-2-4 (IEC 60332-3-24-cat.C)
Deze kabels hebben een zodanige constructie dat een brand zich ook niet voortplant langs kabels die in bundels zijn gelegd.
Halogeenvrij
Halogeenvrije kabels veroorzaken tot tien keer minder rook en zijn vrij van schadelijke stoffen, zoals chloorverbindingen. Deze brandveilige kabels beperken de risico’s van rookontwikkeling bij brand en bieden mensen meer kansen te ontkomen.
Er bestaan twee normen:
- Halogeenvrij in overeenstemming met NEN-EN 50267 (IEC 60754):
Het toegepaste isolatie- en mantelmateriaal bevat geen halogenen, zodat bij verbranding geen corrosieve gassen en dampen vrijkomen en nagenoeg geen rook. - Low smoke in overeenstemming met EN 50268 (IEC 61034):
Kabels die bij verbranding nagenoeg geen rook ontwikkelen.
Functiebehoud
Vier normen zijn van toepassing voor de functiebehoud bij brand.
- Moeilijk brandbaar in overeenstemming met EN 50266-2-4 (IEC 60332-3-24-cat.C):
Deze kabels hebben een zodanige constructie dat een brand zich ook niet voortplant langs kabels die in bundels zijn gelegd - Halogeenvrij in overeenstemming met NEN-EN 50267 (IEC 60754):
Het toegepaste isolatie- en mantelmateriaal bevat geen halogenen, zodat bij verbranding geen corrosieve gassen en dampen vrijkomen en nagenoeg geen rook - Low smoke in overeenstemming met EN 50268 (IEC 61034):
Kabels die bij verbranding nagenoeg geen rook ontwikkelen - Functiebehoud overeenkomstig NEN-EN 50200:
Bij een brand blijven deze kabels nog langere tijd (30/60 resp. 90 minuten) betrouwbaar functioneren. Deze kabels worden voornamelijk toegepast in installaties die bij brand een cruciale rol spelen, zoals alarmsystemen, noodverlichting en brandblussystemen.