Aarding in de badkamer betekent eigenlijk “potentiaalvereffening”. Dat houdt in dat alle metalen voorwerpen hetzelfde elektrische potentiaal hebben, met andere woorden, dat er geen elektrische spanning tussen deze voorwerpen heerst. In de praktijk worden de voorwerpen geaard, dus aan de aardedraad van de elektrische installatie verbonden, met het gevolg dat deze voorwerpen hetzelfde potentiaal als aarde hebben. Dat zorgt ervoor dat er geen stroom door je heen vloeit als je tegelijkertijd verschillende metalen voorwerpen in de badkamer aanraakt.
Waar moet geaard worden?
Aarden of potentiaalvereffening is bijzonder belangrijk in de badkamer. De reden is, dat water een goede elektrische geleider is. Als een goede geleider met elektrische spanning in aanraking komt vloeit er meer stroom doorheen dan door een slechte geleider. Als je dus een fasedraad met vochtige vingers aanraakt terwijl je met blote voeten op een vochtige vloer staat vloeit er veel meer stroom door je heen dan als je droge handen hebt en in een droge omgeving staat.
Goede aarding zorgt ervoor dat in dit geval de aardlekschakelaar de stroomtoevoer snel onderbreekt, en jij geen letsel oploopt als je in aanraking met elektrische spanning komt. Dit is ervan uitgaande dat de badkamergroep door een aardlekschakelaar beveiligd is en dat deze correct functioneert.
Hoe wordt geaard?
Voorwerpen in de badkamer die geaard moeten worden, worden met blanke aardedraden aan een speciaal potentiaalvereffeningsrail, ook wel badkamerrail genoemd, verbonden. De aardedraden worden met aardklemmen aan de voorwerpen bevestigd. Op een badkamerrail kunnen meerdere blanke aardedraden aangesloten worden. De draden dienen een diameter van 6 mm² te hebben. Als de aardedraad in een elektrabuis gelegd, wordt is een diameter van 4 mm² voldoende.
De badkamerrail dient als centraal aardpunt, waarvoor vaak de afkorting CAP gebruikt wordt. De te aarden metalen voorwerpen worden met behulp van aardklemmen met de blanke aardedraden verbonden en aan het CAP aangesloten.
Het CAP moet bereikbaar zijn. Meestal wordt het CAP in een elektradoos in de muur onder de wastafel gemonteerd in een doos met afneembare deksel.
Wat moet geaard worden?
Als de kans bestaat dat een metalen onderdeel in de badkamer onder spanning komt te staan, moet het aan het CAP aangesloten worden. Metalen onderdelen die alleen maar met kunststof in aanraking komen, zoals bijvoorbeeld een metalen doucheput in een kunststof douchebak, hoeven niet geaard te worden. Een doucheput, die in een betonnen vloer verwerkt is, moet daarentegen wel geaard worden, omdat beton ook stroom kan geleiden. Kranen, die aan een geaarde metalen waterleiding aangesloten zijn, hoeven niet geaard te worden.
Soms is het niet altijd meteen duidelijk of iets wel of niet geaard moet worden. In deze gevallen geldt: liever een keer teveel aarden, dan later een shock of erger oplopen.
Waar mogelijk moet de aardklem in het zicht of toegankelijk gemonteerd worden.
Als de badkamer op een groep zonder aardlekschakelaar aangesloten is, mogen er geen stopcontacten of gewone lichtschakelaars in de badkamer gebruikt worden. Uitzonderingen zijn het speciale scheercontact en een hooggeplaatste trekschakelaar. Alle andere schakelaars en dimmers moeten buiten de badkamer aangebracht worden.
Lichtarmaturen moeten waterdicht zijn en geaard of dubbel geïsoleerd. Verlichting, die met 12 V werkt mag gebruikt worden, mits de transformator buiten de badkamer geplaatst wordt.
De volgende metalen voorwerpen moeten altijd geaard worden:
- metalen douchebak
- metalen badkuip
- metalen doucheput in de vloer
- metalen waterleiding
- radiator
- wandcontactdozen
- aardemat
- metalen wanden en metalen frames van (voorzet)wanden
De volgende metalen voorwerpen moeten eventueel ook geaard worden:
- douchekraan
- badkraan
Voor de duidelijkheid: als een onderdeel van kunststof is, hoeft het niet aan het CAP aangesloten te worden, omdat kunststof geen stroom geleidt. Het aarden van een kunststofdouchebak heeft geen enkele nut. Ook apparatuur, zoals wasmachine en droger, hoeven niet direct via het CAP geaard te worden, zij moeten wel aan een wandcontactdoos aangesloten zijn die via het CAP geaard is.
Sinds 1 januari 2001 schrijft de NEN 1010 voor dat het CAP met een 2.5 mm² groen-geel geïsoleerde aardedraad aan de aardedraad in de centraaldoos van de badkamer aangesloten hoort te zijn. Voor 2001 was de norm om het CAP met een aardedraad van 4 mm² diameter direkt aan de meterkast te verbinden. Als een installatie aangepast wordt moet deze daarna altijd aan de nieuwste norm voldoen.
Waar de blanke draden beschadigingen kunnen oplopen is het zinvol om deze in een buis te plaatsen.
Aardingsmat
Hoeveel stroom door de betonvloer kan vloeien is van veel verschillende factoren afhankelijk, onder andere de soort beton, de afstand van waar de betonvloer met spanning in aanraking komt, de dikte en breedte van de betonvloer en de hoogte van de spanning.
Onder bepaalde omstandigheden kan de stroom 0.2 A bereiken. Voor een mens kan deze stroomsterkte mogelijk dodelijk zijn.
Een aardingsmat, ook aardemat genoemd, wordt op minimaal 3 cm diepte in een betonnen vloer verwerkt en met een blanke aardedraad van 6 mm² diameter aan het CAP aangesloten. Dit is in de norm opgenomen omdat beton ook stroom geleidt.
Onder ongunstige omstandigheden kan de betonen vloer onder spanning komen te staan. In dat geval zou mogelijk stroom door je heen kunnen vloeien als je op deze vloer staat en een geaarde radiator aanraakt. Om deze situatie te voorkomen is voor nieuwe betonvloeren het gebruik van een aardemat voorgeschreven. Hierdoor kan er geen elektrische spanning tussen de betonnen vloer en andere op het CAP aangesloten metalen voorwerpen bestaan en er vloeit geen stroom door je heen, als je op de betonvloer staat en een dergelijk voorwerp aanraakt. Als de elektrische installatie aan de laatste normen voldoet, zal de aardlekschakelaar de stroom al uitschakelen op het moment dat de betonvloer in aanraking komt met een fasedraad van de installatie en een mens zou nooit in gevaar komen.
Aardematten zijn gemaakt van verzinkt ijzer wat heel goed stroom geleidt. Ze zijn met maaswijdte van ongeveer 5 cm x 5 cm en 10 cm x 10 cm op rollen van 1 m breed en 25 m lang verkrijgbaar. Soms worden ook kortere stukken verkocht, zodat je niet met 20 m aardingsmat blijft zitten.
Aardematten zijn verplicht in nieuwe en aangepaste vochtige ruimtes. Ze zijn niet duur, dus bezuinig niet op deze beveiliging en gebruik ook geen andere metalen draadwerken zoals kippengaas. Ook LEWIS-platen zijn in principe niet als vervanger geschikt! Wel kan de wapening van betonvloeren als aardemat gebruikt worden. De eisen voor een aardemat zijn: maximale maaswijdte van 15 cm en een minimale draaddikte van 2 mm hebben.
Wat hoeft niet geaard te worden?
Geleidende delen die normaal gesproken geen gevaar kunnen opleveren, en daarom ook niet geaard hoeven te worden, zijn:
- deurknoppen
- scharnieren
- raam- en deurkozijnen
- geleidende stankafsluiters (sifons) van kunstofbaden en kunststof douchebakken
- ophanghaken, handdoekhouders, toiletrolhouders.
Aarding van apparatuur
De behuizing van apparatuur, zoals wasmachine, vaatwasser en dergelijke, is geaard via de aardedraad in het aansluitsnoer en de bijbehorende randaardestekker. Hier hoef je dus verder niets te doen.
Let wel, dat het apparaat aan een geaarde stopcontact aangesloten is! Dit stopcontact moet ook via een draad aan het CAP aangesloten zijn.
Vroeger
Vroeger werden metalen onderdelen vaak aan een waterleiding geaard. Het waterleidingnetwerk in het huis wordt altijd geaard, maar aarden van andere metalen onderdelen aan een waterleiding is niet meer voldoende, omdat tegenwoordig vele waterleidingen van kunststof gemaakt zijn en geen stroom geleiden. Zelfs als het stukje leiding waar je de aardedraad aansluit van metaal is, is een correcte aarding niet gegarandeerd, want verderop in het huis kan de metalen waterleiding in een kunststofleiding overgaan.